Klimaatverandering stelt steden voor steeds grotere uitdagingen, zoals extreme hitte en hevige regenval. Pleinen, vaak het hart van een wijk, spelen hierin een cruciale rol. Ze zijn niet alleen ontmoetingsplekken voor bewoners, maar ook essentiële elementen in de stadsinfrastructuur die moeten bijdragen aan klimaatadaptatie. Maar hoe bepaal je of een plein voldoende is voorbereid op deze uitdagingen?

In Rotterdam-Zuid, een gebied dat gekenmerkt wordt door dichtbebouwde wijken en weinig groen, heeft een team van onderzoekers van Hogeschool Rotterdam een innovatieve methodiek ontwikkeld om het klimaatadaptieve vermogen van pleinen te meten en te kwantificeren. Deze methodiek houdt rekening met verschillende factoren zoals schaduw, verdamping, het reflecterend vermogen van materialen (albedo), en de capaciteit van het plein om water te bergen en te infiltreren.

De methodiek werd getest in de wijk Hillesluis, waar 17 pleinen werden geanalyseerd. Uit de resultaten bleek dat sommige pleinen, zoals het Immobiliaplein, hoog scoorden op aspecten als schaduw en albedo door de aanwezigheid van veel bomen. Andere pleinen, zoals het Polderplein, scoorden juist laag door een gebrek aan groen en een hoog percentage verharding. Deze scores bieden waardevolle inzichten voor gemeenten om prioriteiten te stellen bij de herinrichting van pleinen, zodat deze beter bestand zijn tegen klimaatverandering.

Deze methodiek biedt een objectief en praktisch instrument om de klimaatadaptiviteit van pleinen te beoordelen. Gemeenten en steden kunnen hiermee gerichter werken aan het verduurzamen en toekomstbestendig maken van hun openbare ruimtes.

Wil je meer weten over deze methodiek en hoe deze kan worden toegepast? Bekijk dan het volledige artikel voor een diepgaande analyse en praktische toepassingen. Lees het volledige artikel hier.

Dit artikel is gepubliceerd in het vakblad H2O. H20 is een uitgave van KNW, het Koninklijk Nederlands Waternetwerk.